maandag 24 januari 2011

Concert: Godspeed You Black Emperor!

Als het erop aankomt, ben ik in de muziek toch het meest weg van een klassiek drie-minuten-popliedje. Daar mogen ze van mij best een hoop interessants omheen verzinnen. Zelfs als de drie minuten er acht worden, neem ik dat graag op de koop toe. Enorme noiseinferno's, instrumentale geluidsmuren en ambientwaves: ze zijn op zich aan mij wel besteed, mits de basisstructuur maar niet al te gedurfd is. Ik wil stiekem toch altijd een zanger(es) horen, die dan liefst ook nog een couplet én een refrein te berde brengt.

Ooit heb ik wel anders geprobeerd. Zo is daar bijvoorbeeld het genre postrock. Een tamelijk nietszeggende term, dus die vergt wat uitleg. Het begrip rock verwijst in dit geval vooral naar het instrumentarium waarbij gitaar, bas en drums gewoon de basis vormen. 'Post' staat dan blijkbaar in dit geval voor het afwijkende: het genre kenmerkt zich namelijk door het totaal ontbreken van couplet-refreinstructuur. Zang komt zelden terug in de lang uitgesponnen nummers die doorgaans van climax naar climax bouwen.

Grootste naam die de postrock heeft voorgebracht is het Canadese Godspeed You Black Emperor! Met hun EP Slow Riot for New Zero Kanada en hun eerste plaat F#A# verwierf de band eind jaren negentig een behoorlijk fanschare. Het zijn ook meteen twee van de weinig platen in het genre die ook bij mij werkelijk beklijven. Een uitstekende reden om op afgelopen woensdag op last-minutebasis toch nog naar het reeds uitverkochte concert in Paradiso te gaan.

Godspeed begon daar het eerste kwartier met de kant van het genre die ik minder kan waarderen. Een lang aanhoudende, vrij monotone drone met af en toe wat repetitief, noisy gitaarwerk. Intrigerend vond ik vooral dat het overstuurde gitaargeluid nogal werd versterkt door de betonnen paal waar ik pal naast zat. Die voor mij wat koude start was ze al meteen vergeven door het magnifieke tweede nummer (of moet je bij dit soort muziek van een 'stuk' spreken?) The Albanian. Godspeed op zijn best, als je het mij vraagt: soms ingetogen vioolspel, even later weer een flink met gitaar en drums aangezette climax.

En zo ging men op het podium onverminderd voort. Van de paal naast me had ik geen last meer; sterker nog, het geluid was prachtig. Dat gold ook voor de beeldcollages op het scherm achter het podium. In het begin trok er een flitsend wit licht als een bijna-doodervaring de zaal in; later werden er op de grauwe zwartwitfoto van een stad beelden geprojecteerd die het midden hielden tussen een nucleaire explosie en celdeling tijdens een biologiepracticum. De beelden waren vrij simpel, maar toch zo intrigerend dat je er naar bleef kijken.

Halverwege verraste Godspeed mij blij met mijn favoriete nummer van de eerdergenoemde Slow Riot-EP. Het fenomenaal opgebouwde Moya is bij mij een persoonlijke favoriet. Na het ook niet misselijke East Hastings had de band er inmiddels 1.45 uur muziek op zitten en begon ik mezelf op enige muzikale climaxvermoeidheid te betrappen. Daarbij kwam nog dat ik niet echt prinsheerlijk op een richeltje zat. Hoe prachtig het ook was, ik zat na een kleine twee uur toch echt wel aan mijn postrockmaximum. Naar Godspeed luisteren is namelijk niet alleen prachtig, maar op den duur toch ook wel erg heftig.

Toen ze het na meer dan tweeënhalf uur aan muzikale uitbarstingen voor gezien hielden, was ik eigenlijk wel blij dat er geen toegift meer volgde. Van de meer doorgewinterde fans hoorde ik achteraf dat ze het laatste halfuur als absoluut hoogtepunt zagen. Wellicht was ik dat met ze eens geweest als ze er halverwege een uurtje tussenuit hadden gehaald. Nu duurde het voor mij ongeveer een uur te lang en was ik bij het slotstuk aan het eind van mijn latijn. Ach, het zal misschien met mijn voorkeur voor drie-minuten-popliedjes te maken hebben...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten